Voor een verbouwing en renovatie mag voor het arbeidsloon vanaf 1 oktober 2010 tot 1 juli van dit jaar tijdelijk het lage BTW-tarief van 6 procent in rekening worden gebracht. De Belastingdienst heeft ingestemd met een door Bouwend Nederland voorgestelde vereenvoudiging van de maatregel: er mag voortaan ook een vast percentage van de totale factuur worden gehanteerd om het lage BTW-tarief voor arbeid te berekenen, zo meldt GBO in haar nieuwsbrief.
Arbeid en materiaal hoeft in de factuur niet per se te worden gesplitst. Als vast percentage (forfaitaire regeling) heeft de Belastingdienst aangenomen dat bij het vervangen van glas de arbeidscomponent 25 procent bedraagt. Over deze 25 procent van de totale factuur wordt dan het lage BTW-tarief berekend en over de rest het hoge BTW-tarief. Wanneer de arbeidskosten meer dan 25 procent van de totale factuur bedragen, mogen die altijd met het lage BTW-tarief in rekening worden gebracht. Dit kan eenvoudig door de arbeids- en de materiaalkosten op de factuur te splitsen. Indien de arbeid in een project minder is dan 25 procent van de totale factuur, mag toch het lage BTW-tarief worden berekend over die 25 procent; een extra voordeel voor een opdrachtgever. Met deze regeling is tegemoet gekomen aan de wensen van veel ondernemers die in de offerte en facturering geen verdeling tussen arbeid en materialen maken. De afspraken zijn ingegaan op 2 februari 2011.
De maatregel ter stimulering van de bouw loopt tot 1 juli. GBO en FOSAG werken nauw samen teneinde de verlaagde BTW-regeling te laten verlengen tot 1 januari 2012. Beide organisaties achten het van groot belang dat de maatregel verlengd wordt om de economische impulsen voor de bouw -en dus ook voor de glassector- te versterken. Uit een onderzoek naar de effecten van de maatregel geeft een meerderheid van afbouw-, glaszet- en vastgoedonderhoudsbedrijven aan dat de lage BTW-regeling heeft gezorgd voor een toename van de vraag. Die toename is hard nodig omdat de bouweconomie nog altijd zucht onder een enorme teruggang. Zonder die toename zouden minder arbeidsplaatsen behouden zijn gebleven. De afbouw-, glas- en vastgoedonderhoudsbedrijven vrezen bij beëindiging per 1 juli een grote terugval in activiteiten. In een gezamenlijk persbericht stellen GBO en Fosag dat ‘veel grootzakelijke opdrachtgevers de extra verstrekte opdrachten voor 1 juli aanstaande wensen te hebben afgerond. Dit betekent een enorme stuw aan extra activiteiten die wordt gevolgd door een oorverdovende stilte. De stimulerende werking van de maatregel is effectief, maar het ontstaan van deze stuw en vooral de dramatische terugval in activiteit na 1 juli kan niet de bedoeling zijn. Eind 2011 is een veel natuurlijker einddatum in verband met het sluiten van een boekjaar. Het kabinet slaat dan twee vliegen in één klap. Verlenging betekent minder ontslagen. Beëindiging per 31 december sluit aan bij wat gebruikelijk is in de afbouw- en onderhoudswereld: projecten opleveren binnen een boekjaar en dus aansluiten op jaarbegrotingen van grote opdrachtgevers', aldus GBO en Fosag. Meer informatie: www.glasnet.nl
