
Eén van de meest toegepaste strategieën onder aannemers tijdens een crisis is om met goedkopere merken en producten te gaan werken. Van alle zes landen die zijn onderzocht, blijkt dat alleen Duitsland deze neiging minder sterk vertoond. Dit blijkt uit het Q1 2012 onderzoek van de European Architectural Barometer, een driemaandelijks onderzoek onder 1.200 architecten.
Omdat de markt in de meeste landen nog steeds te kampen heeft met de negatieve gevolgen van de crisis is het belangrijk om een helder beeld te hebben van de selectieprocessen aangaande merk- en materiaalkeuze onder aannemers. Met name de architecten uit de UK, Spanje en Italië geven aan dat aannemers in hun land vaker goedkopere merken en productsoorten als alternatief aandragen. Daarentegen zijn in Duitsland, waar de markt al vrij snel was hersteld van de crisis, twee vrijwel even grote kampen te onderscheiden die een tegenovergestelde mening hebben. Opvallend is dat één op de vier Duitse architecten aangeeft het sterk oneens te zijn met de stellingen dat aannemers vaker voorstellen met goedkopere merken of producten te werken. De Nederlandse en Franse architecten zien ook dat een aantal aannemers met goedkopere alternatieven wil werken. In deze landen is er echter ook nog een substantieel aandeel architecten die ondanks de crisis geen verandering ziet in de merk- en productvoorkeur van aannemers en geen concessies doen bij het selectieproces.
Deze en vele andere resultaten en ontwikkelingen in de Europese bouwsector zijn terug te vinden in de European Architectural Barometer, een internationaal onderzoek onder 1.200 architecten in Europa. Dit onderzoek wordt door Arch-Vision vier keer per jaar uitgevoerd in Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje, UK en Nederland. Meer informatie: www.arch-vision.eu